Het belang om Rechtop Door De Bocht te gaan.

Er zijn maar twee richtingen moeilijk met paardrijden: rechtuit rijden en bochten rijden. 😁

Een goede wending is haaks. 
Het is een hoek van 90 graden en om die zo uit te kunnen voeren moet je paard zijn lichaam flink kunnen buigen maar moet vooral de ruiter niet op de verkeerde plek gaan zitten. Iets wat helaas nog heel veel gebeurt. 

Veel ruiters hebben de neiging om in te hangen in een wending, dat komt vaak omdat ze zelf veel te ver inkijken in de bocht: 
Ze kijken naar de eindbestemming van de bocht en zijn daarom zelf niet stapje voor stapje op het gehele pad van de bocht die ze samen met hun paard willen rijden. 
Anders gezegd ze snijden de bocht af en “verlaten” hun paard in de bocht door zelf alvast hun bovenlijf richting het einddoel van de bocht te laten hangen. 
(Mooi te zien op de Voor- foto). 

De instructie “kijken waar je naar toe gaat” is dus een vaak gehoorde instructie die verkeerd wordt uitgelegd en scheefhangen in de bocht juist veroorzaakt. 
De meeste ruiters kunnen namelijk in het begin niet ergens naar kijken zonder hun gewicht mee te nemen waardoor het paard scheef belast wordt in de bocht. 
De kunst is om dat af te leren. 😉

Door deze scheve belasting zal het paard oa de buitenschouder op moeten gaan trekken om het scheve ruitergewicht te compenseren. 

Bij een scheve ruiter die “kijkt waar hij naar toe gaat” zal ook de ruiterbuitenschouder hoger zijn dan de ruiterbinnenschouder waardoor het paard ditzelfde zal moeten spiegelen. 

Om een bocht rechtop te kunnen rijden moet je snappen HOE een paard de bocht door gaat in diens horizontale paardenlijf met 4 benen (wat dus een totaal ander besturingssysteem is dan jouw verticale mensenlijf met 2 benen) en wat hij nodig heeft van jou om dit ook te kunnen doen:

Het binnenvoorbeen kan alleen de wending inzetten als deze onbelast is. (Als het buitenvoorbeen dus aan de grond is). 
Ga jij dan met je gezellige giecheltje boven dat binnenvoorbeen hangen omdat jij “wil kijken waar je naar toe gaat” en dus in gaat hangen, dan gooi je jouw gewicht juist op dat binnenvoorbeen waardoor deze de wending juist NIET in kan zetten en de rest van het paardenlijf naar buiten moet zwaaien. 

Ook het trekken aan de binnenteugel zal het paarden en ruiter gewicht op de binnenkant gooien waardoor de bocht wijder wordt ipv scherper omdat het paard letterlijk NIET naar binnen kan gaan. 

Nou kan je denken, “hij doet het toch dan maar een wat minder haakse bocht”… 

Bedenk dan even wat er aan de binnenkant van je paard gebeurt: ieder gewricht, van oa de koot, ellenboog, schouders, nekgewrichten, SI gewrichten, worden in een scheve bocht ook scheef belast wat onherroepelijk scheve slijtage geeft. 

Hierdoor worden spieren, pezen en ligamenten scheef belast wat blessures veroorzaak als het paard niet meer de gevolgen van een scheef gereden wending kan opvangen en uitgecompenseerd is. 

Daarnaast worden ruggenwervels in een scheve bocht ook bovenmatig geroteerd en kan het paard de buikrotatie niet goed uitvoeren waardoor het binnenachterbeen niet goed onder kan treden in de bocht. 

Het is daarom essentieel dat een ruiter zelf leert rechtop te zitten en leert te voelen in het eigen lijf wat er onder je gebeurt. 

Dat is ruitergevoel ontwikkelen. 💪🏻
En in de MindBodyHorse Houding & Zit Lessen laat ik je graag daar kennis mee maken door het je in Jip en Janneke taal uit te leggen maar het je vooral te laten voelen zodat je leert samenwerken met je paard in je zit. ✅

In het filmpje kan je mooi zien dat de ruiter aan het einde van haar les stap voor stap heeft geleerd het paard vanuit haar zit de wending in te sturen waarbij schouders en heupen lateraal recht blijven alsof er een waterpas tussen haar schouders en heupen ligt waardoor het paard ook gebalanceerd de bocht in kan zetten. 🥳

Verbeter je paard door jezelf te verbeteren. 👍🏻
Boek een les bij Hansje van MindBodyHorse.nl✅