Een van de klanten voor leiderschapscoaching in mijn eigen praktijk is Peter, 35 jaar oud. Hij was net in een leidinggevende functie benoemd en had op aanraden van zijn HR afdeling paardencoaching sessies geboekt om hem te helpen bij het leerproces rond deze nieuwe leiderschapsuitdaging.
Het lukte Peter tijdens de coachingsessie maar niet om coachpaard Ed in beweging te krijgen. En dat is vreemd want Ed is eigenlijk altijd wel bereid om mee te werken als je het vriendelijk en met een beetje overtuiging vraagt. Dus als Ed stil blijft staan tijdens een oefening, dan is er echt iets aan de hand.
Ik vroeg Peter “wat merk je terwijl je dit probeert – waarom lukt het niet?” Uit zijn antwoord kon ik opmaken dat hij echt niet snapte waarom hij Ed niet aan het lopen kreeg, en dat dit verwarring bij hem opriep. Hij voerde immers gewoon de instructies uit mijn eerdere demonstratie op. Toen ik Peter vroeg of hij herkende wat er gebeurde, was antwoord echter een overduidelijk ja: hij was er voor zijn gevoel nog niet echt in geslaagd, om zijn leiderschapsrol in het team te pakken, en voelde daarbij dezelfde verwarring.
Op zoek naar de schat
Er zijn als coach verschillende dingen die je kunt doen, om een klant in zo’n situatie te helpen de inzichten aan te boren die in de blokkade verscholen liggen. Het is echter absoluut niet zo dat jij als coach automatisch aan de buitenkant kunt zien, wat er nodig is voor deze coachee om de oefening te laten lukken.
Goed coachen is als schatgraven: je WEET dat er iets kostbaars aan inzicht verborgen ligt onder de uitdaging van de client, maar je weet niet precies waar op het terrein, en hoe je er moet komen. Hoeveel de client jou ook over zichzelf heeft vertelt, het is cruciaal die informatie vooral te blijven zien als een slechts gedeeltelijk duidelijke schatkaart.
De rotsblokkade in de grot
Ons overleefgedrag – de beperkende patronen die we herhalen bij gebrek aan inzicht hoe het anders kan – is in dit proces van schat zoeken te vergelijken worden met een ophoping van rotsen in een grot. Je kunt als coach vaak wel goed zien in welk deel van de uitvoering de client geblokkeerd raakt. Dus waar de rotsblokkade precies ligt. Maar de reden waarom ze daar gevallen zijn is aan de oppervlakte niet zichtbaar – ook al weet je nog zoveel van de achtergrond van de client.
En je moet er overheen of langs zien te komen om de ‘schat’ te vinden – de inzichten die de client nodig heeft om diens uitdaging te overwinnen. Het kan best zijn dat er tijdens die zoektocht een verschuiving in die rotsen komt, een emotionele ontlading bij de client.
Hier is dus voorzichtigheid nodig. Het is als coach niet je rol om emotionele doorbraken te forceren. Je moet echter tegelijkertijd wel doortastend genoeg zijn om het proces van de client in beweging te krijgen.
Balans tussen voorzichtig en doortastend zijn
Het vinden van de juiste balans tussen voorzichtig en doortastend zijn is een van de belangrijkste onderdelen van het leerproces van coach worden.
Benoemen en bevragen zijn manieren om die mix toe te passen. Ik begon met het benoemen van wat ik zag: “Terwijl je Ed vraagt om te gaan lopen, lijkt het alsof je blijft hangen op een bepaald energieniveau zonder dit te versterken. Herken je dat?”
Dit herkende Peter wel, zijn antwoord was: “Ja - ik voel me alsof ik me in moet houden”. Toen vroeg ik voorzichtig, zonder er druk op te zetten: “Als je focust op dat gevoel van je in moeten houden, waar komt dat vandaan?”
Peter ging stil staan met zijn ogen dicht. Ik hield Ed vast en deed verder niets anders dan aandachtig wachten. Er is namelijk helemaal geen druk nodig vanuit jou als coach, als de client zelf toe is aan het ontrafelen van de blokkade. In tegendeel, elk beetje urgentie dat jij er dan als coach op zet, kan juist weerstand bij de client oproepen, en zorgen dat deze het minder goed aan kan gaan.
Nadat de stilte een tijdje had geduurd, zei Peter: “Ik zie een situatie in mijn jeugd in de vroege jaren ‘90. Mijn moeder zat overspannen thuis, terwijl ze mijn vader normaliter in onze kledingwinkel hielp. Ze wilde zelf modeontwerpster worden maar had daar geen mogelijkheid voor gezien omdat ze nog best jong was toen ze moeder werd. Dit was ook in een tijd dat er nog weinig bekend was over het fenomeen burn-out.”
De moed om te voelen
“Ze kon op verschillende momenten totaal verschillend reageren. De ene keer was het alsof je een bom kon laten ontploffen zonder dat ze reageerde. De andere keer reageerde ze op het minste of geringste geluid met heftige kwaadheid. Ik durfde tijdens en na die tijd nooit meer ontspannen mezelf te zijn in haar aanwezigheid.” De pijn van deze ‘kramp’ in zijn leven was duidelijk hoorbaar in Peters' stem.
Mijn volgende vraag was: “Hoe voelde het om je steeds in te moeten houden?” Het antwoord was: “Het maakte me razend en gefrustreerd. Maar ik wilde mijn moeder ook niet belasten. Dus ik zat in een rare twist van kwaadheid, machteloosheid en verdriet tegelijk. Het had een verlammend effect op me.” Ik nodigde hem uit om eens helemaal toe te staan dat dit verlammende gevoel er was.
Het aangaan van zulke confrontaties kan veel moed vragen van de client. Ook hier is het dus belangrijk om geen druk te zetten, terwijl je de client wel uitnodigt om door te pakken. De kunst is om daarbij niet te willen sturen in het proces van de client. Je riskeert namelijk afbraak te doen aan de helende ervaring door er doorheen te praten. De coachee zit er op dat moment immers zelf vol in, en is zich dus van niets anders bewust.
Gedurende ongeveer 5 minuten stond Peter doodstil, terwijl er wat tranen begonnen te rollen. Ik zei of vroeg verder niets terwijl ik rustig bij hem stond met Ed aan het touw. Het was duidelijk dat Peter dit oude stuk los aan het laten was. En dat hij daar, behalve de nodige ruimte en rust, verder geen hulp van mij bij nodig had.
De schatkist gaat open door "niets" te doen!
We noemen deze vorm van niets doen ‘de veilige ruimte bewaken’ voor het proces van de coachee. Terwijl je als coach schijnbaar niets doet, doe je tegelijkertijd juist alles wat nodig is.
Je hebt daarbij zelf ook moed nodig: om jezelf kwetsbaar te voelen, en niet de volledige controle te willen houden, terwijl je mogelijk niet precies weet wat er bij je coachee gebeurt. Elke coachingsessie is daarom even spannend als nieuw schatzoek-avontuur waarin je totaal niet weet wat er kan gaan gebeuren!
Toen ik Peter na een tijdje vroeg of hij de leiderschapsoefening nog eens wilde proberen, kreeg hij Ed zonder enige verdere hapering in beweging. Ontspannen en met plezier liet hij Ed een paar rondes lopen.
Bij het evalueren van de oefening kon Peter precies benoemen hoe hij het op zijn werk aan zou gaan pakken, om zijn team sturing te geven en een bepaald project op tijd uitgevoerd te laten zijn. De schat die we vonden in de blokkade van zijn ervaring met de burnout van zijn moeder, was Peters hernieuwde gevoel van energie en inspiratie. Hij kon nu vol voor zijn leiderschapsrol en zijn mooie nieuwe functie gaan. Natuurlijk hebben we bij volgende sessies verder gekeken naar hoe dat in de praktijk uitpakte, en waar er nog meer schatten op te graven waren.
(De naam van de coache en sommige details van deze sessie zijn aangepast vanuit privacyoverwegingen)
Blog door:
Josselien Janssens
Eponaquest Faculteitslid voor NW Europa
Advanced Eponaquest Instructor
Josselien Janssens
Ik help paardencoaches in hun paardenkracht te staan en leiders in het zadel te blijven
Reacties